woensdag 15 juli 2015

Een voorbeschouwing

''Kampioen word je toch wel. PSV kan wel, maar wil niet. Feyenoord wil enorm graag, maar kan al jaren niet.'' Zo eindigde ik mijn laatste blog, inmiddels ingehaald door de waarheid. PSV en Ajax hebben van plek geruild in deze zin. Feyenoord is, zelfs met Kuijt erbij, nog steeds geen serieuze contender. Mijn eerste voorspelling voor het nieuwe seizoen. Dat PSV wederom kampioen wordt en Ajax op gepaste afstand volgt, is de tweede.
 
De transferperiode in de zomer is al van jongs af aan mijn favoriete ondereel van het seizoen. Op de camping in de tent met De Telegraaf, net bij het buurtsupertje gekocht door paps en mams, en dan maar kijken wat de transfers en uitslagen waren van de Nederlandse clubs. Verwachte opstellingen maken voor het nieuwe seizoen, uitslagen van minimaal dubbele cijfers tegen amateurs, spelers die meer dan 5 doelpunten maakten per wedstrijd. Heerlijk. Tegenwoordig beperken de aankopen van de Top Drie zich tot wissels van Duitse subtoppers, talenten van Nederlandse subtoppers en Zuid Amerikaanse verrassingen. Niet erg, wel jammer. Zo staat het Nederlandse voetbal ervoor. Hopelijk leveren de academies van Feyenoord, Ajax en tegenwoordig ook AZ snel weer wat toppers af. Al werd ik ook niet enorm vrolijk van het niveau van Nederland onder 19 tijdens het EK in Griekenland tegen Rusland, Spanje en Duitsland. Uitgeschakeld in de groepsfase.
 
Kunnen we dan nergens meer van genieten? Zeker wel! PSV verkoopt voor 50 miljoen twee redelijke spelers, Ajax is eindelijk Sigthorsson kwijt en Dirk Kuijt, de redder van Feyenoord, is terug. Al met al toch genoeg ingrediënten voor een spannend nieuw Eredivisie seizoen. Zelf kijk ik meer uit naar de Primera Division, waar op 8 november de eerste Clasico gepland staat. Barça heeft pas per januari de beschikking over Arda 'Superturk' Turan en Aleix Vidal, terwijl Real Madrid vooralsnog alleen Casemiro en Danilo heeft (terug)gehaald van Porto en San Iker heeft laten gaan om ruimte te maken voor David de Gea van Manchester United. Mijn geld zet ik, zoals altijd, op Barcelona.
 
En dan de TOPklasse, waar de clubs zich dit seizoen kunnen plaatsen voor de nieuwe Tweede Divisie. Hoewel ik absoluut vind dat er een verplichte promotie en degradatie moet komen in elke divisie/klasse in het Nederlandse voetbal, vind ik de Tweede Divisie typisch weer zo'n idee van de voetbalbobo's. Meer clubs, minder clubs, belofte elftallen, amateurs, het wordt elk jaar anders. De clubs in de TOPklasse hebben zich weer spectaculair versterkt met vele ex profs en geroutineerde top-amateurspelers. In het Noorden gaat het iets lastiger, de kloof wordt elk seizoen groter. Wat dat betreft is de Tweede Divisie een uitkomst voor ons. ONS. Om in de TOPklasse te blijven, moet er geëindigd worden bij de bovenste 14. De nummer laatst vliegt eruit en de nummer 15 speelt playoffs. Ik heb nu al zin in het nieuwe seizoen, al mis ik de eerste competitiewedstrijd door een schorsing. Afgelopen seizoen maar 4 gele kaarten gepakt. En ja, die laatste gele kaart was voor praten. Die eerste drie vast ook.

woensdag 8 oktober 2014

Nederlandse armoede en de Ajax spits

Willem II wint in de Kuip en Zwolle pakt weer een punt bij Ajax in de Arena. Kleinere clubs zijn niet bang meer om naar de Kuip, de Arena of het Philips Stadion af te reizen. Tien jaar terug kon je dit soort wedstrijden op papier afdoen en lachend een 1'tje invullen op je Toto formulier, al won je er niets mee want de quote lag rond de 1,02. Tegenwoordig zijn de Grote Drie steeds minder onverslaanbaar in eigen huis en kunnen we spreken van dat prachtige fenomeen. Nee, ik bedoel niet Mickey Mouse competitie. Nivellering.
 
Voor de nationale competitie is het mooi en maakt het Studio Sport op zondag om 19.00 uur, inclusief bord op schoot, een stuk spannender. Tenminste, voor die 3% van de mensen die de uitslagen nog niet weet door zijn telefoon en tv uit te doen en Social Media te bannen for the day. Europees gezien is het een drama, omdat de topteams uit Nederland steeds verder achter raken op de rest van Europa. We worden links, rechts en van onderen ingehaald door landen als Wit-Rusland, Cyprus en Slowakije op de coëfficiëntenlijst. Nu we het toch over inhalen hebben; wanneer hebben jullie voor het laatst een buitenspeler van Ajax een verdediger voorbij zien spelen? Dat stamt volgens mij uit het tijdperk Tahamata. Ricardo Kishna begon zijn carriere veelbelovend, maar zelfs in de wedstrijd tegen JOS Watergraafsmeer had hij moeite om zijn tegenstander voorbij te komen. Dit terwijl die jongen overdag nog 17 muurtjes had gemetseld en zijn kinderen naar school had gebracht. Kishna had zich misschien teveel ingespannen tijdens FIFA15 op de Playstation.
 
Er zit geen lef, durf en flair meer in het spel van Ajax. Zlatan, Kluivert, Van Basten. Dat zijn Ajax spitsen. Nu loopt Sigthorsson daar rond. On-Ajaxer kán bijna niet. Geen techniek, geen afwerking, geen goede kaatser. Het is allemaal net niks en veel minder kan het ook niet worden op het moment. Waarom zet Frankie niet gewoon Zivkovic erin? Als je een goal of 10 maakt voor Groningen, dan kan je er ook minstens zoveel maken in een seizoen bij Ajax. En veel minder dan Serero kan het niet, die heeft zelfs op de training nog nooit gescoord. Laat die jongen lekker staan en zich ontwikkelen tot een echte Ajax spits. Kampioen word je toch wel. PSV kan wel, maar wil niet. Feyenoord wil enorm graag, maar kan al jaren niet.

woensdag 24 september 2014

De Klassieker

Afgelopen zondag heb ik met verbazing gekeken naar De Klassieker; Feyenoord - Ajax in De Kuip. De Magische Kuip, lag het daar dan aan? Feyenoord speelde een fantastische wedstrijd en Ajax speelde zijn slechtste wedstrijd sinds de aanstelling van Frank de Boer. Voor de neutrale toeschouwer was het een aantrekkelijke wedstrijd met ballen op de lat, mooie aanvallen en nieuwe publiekslievelingen (Kazim-Richards).
 
Frank de Boer, het tactische meesterbrein van Ajax, die al 4 keer kampioen is geworden in even zoveel jaren aan het roer van de club. In Nederland wordt De Boer gezien als (één van) de beste trainer van het land, die in de belangstelling stond en staat van grote clubs uit de grotere competities. Des te groter was mijn verbazing aan het begin van de tweede helft, toen bleek dat De Boer geen enkele tactische omzetting had gedaan in de rust. Volgens de spelers had er wel een donderspeech plaatsgevonden in de kleedkamer, maar daar was weinig van te merken. Feyenoord had de Ajacieden de eerste helft volkomen overlopen, op alle vlakken, en Ajax kwam totaal niet in het eigen spel. Feyenoord speelde bijna 'op zijn Ajax', met volle druk vooruit, goede passing, goed getimede diepte loopacties, lef en flair. Nu heb ik zelf een lichte voorkeur in voor Ajax, maar ik had graag gezien dat Feyenoord deze wedstrijd gewonnen had. Frank de Boer had zijn tactiek na 20 minuten, zo niet eerder, moeten aanpassen en voor mijn part was hij vol 1 op 1 gaan spelen. Van der Hoorn op de sterke spits Kazim, Veltman doorschuiven en de zwakke Moisander wisselen, om maar eens een mogelijkheid te noemen. Nu deed De Boer ogenschijnlijk niets, tactisch gezien, en dat was vragen om problemen. Eigenlijk is het dan jammer dat dat 'beloond' wordt. Complimenten aan Feyenoord en aan Rutten voor zijn durf (Te Vrede als extra spits in plaats van Kazim wisselen).
 
Colin Kazim-Richards is volgens Ruud Gullit overigens geen spits en volgens de andere gasten aan tafel bij Studio Voetbal speelde hij niet erg goed. Kazim beviel mij juist erg goed als aanspeelpunt. Balvast, sterk, technisch voldoende en redelijk gevaarlijk. Hij kan alleen niet scoren, wat natuurlijk best handig is voor een spits. Gelukkig hebben ze een veelscorende nummer 10 in Lex Immers, die mist nooit een kans. Het is voor Feyenoord te hopen dat Kazim de route van Pelle volgt, die ook een (kleine) aanlooptijd nodig had. Dan kunnen ze, samen met PSV (en de andere titelkandidaten Zwolle en Cambuur), Frank de Boer misschien eens wat vaker dwingen om tactische keuzes te maken.

woensdag 13 augustus 2014

Doelwachters


Afgelopen vrijdag was het eindelijk weer eens zo ver en nee, ik bedoel niet het begin van de Vaderlandse Mickey Mousecompetitie, al heeft het daar wel mee te maken. Nee, ik bedoel zo’n rare flamingo in een gekleurd pakje die het bij een achterstand van zijn team nuttig achtte om bij een aanvallende corner 100 meter naar voren af te leggen, in de veronderstelling dat het enigszins nut zou hebben om als aanvallende kopper te fungeren. Robbin Ruiter, niet geheel verrassend een Volendammer, dacht in dienst van FC Utrecht een cornertje binnen te gaan knikken. Natuurlijk kwam de bal niet eens bij hem in de buurt, want degene die de corner nam is ook niet gek en schoot de bal een totaal andere kant op, en werd er in de tegenstoot in een leeg doel gescoord door tegenstander Zwolle. Notabene door een ex-speler van Utrecht, die dit grapje vorig seizoen waarschijnlijk al eens tot zijn grote ergernis meegemaakt had.

Er zijn natuurlijk uitzonderingen op de regel, zoals de Duitser Martin Pieckenhagen, die voor Heracles scoorde met zijn kop. Uitzonderingen bevestigen echter juist de regel. Uit de actie van Ruiter blijkt een aantal duidelijke zaken. Ten eerste wordt nogmaals bevestigd dat keepers knettergek zijn. Ten tweede; Utrecht heeft geen leidersfiguur. Een beetje aanvoerder ziet zo’n doelman aanstalten maken om naar voren te lopen en tikt heel subtiel zijn voetjes aan, zodat ie meteen gestrekt ligt. Even terug in de kooi. Tenslotte ligt hier ook een taak voor trainers. Robbie Alflen, een debuterende hoofdtrainer, kan dit soort gedrag voorgoed uitbannen én zijn naam vestigen door Ruiter driekwart jaar met de beloftes mee te sturen. Eerst eens proberen om wat ballen tegen te houden en dan zien we dan wel weer verder. Utrecht heeft de ideale vervanger van Ruiter immers gewoon al in de selectie; Jeroen Verhoeven moet er niet aan denken om zover naar voren te moeten lopen.

Uiteraard zijn keepers erg belangrijk. Niemand is zo gek om zich als schiettent beschikbaar te stellen en zonder keepers geen leuke wedstrijden én trainingen, dus laten we dankbaar zijn dat ze bestaan. Daarnaast mag ik een aantal keepers tot mijn vrienden rekenen dus naast knettergek, zijn het vaak wel geschikte gasten. En zonder gekken is het leven ook zo saai.

woensdag 12 maart 2014

Vooruit kijken is regeren

Het was een tijdje geleden, maar ik heb laatst voor het eerst weer eens echt genoten van een voetbalwedstrijd. 1 Maart 2014, Bayern München – Schalke 04. De Rekordmeister speelde voetbal als Barcelona in zijn goede dagen. Meevoetballende keeper, verdedigers die rust aan de bal uitstralen en een tiki taka middenveld. Uit de tijd dat ze die ene trainer nog hadden daar in Barcelona. Pep.

Het verschil tussen het Barça van nu en het Bayern München van nu (en Barcelona van toen), zijn de aanvallers. Ronaldinho, Messi, Ribery en Robben tegenover Pedro, Alexis en een Messi die minder goed speelt dan toen. Allemaal goede spelers, maar het verschil ligt hem in het feit dat de eerstgenoemde spelers allemaal een meerderheid konden creëren door iemand uit te spelen. Het Barça van nu is teveel gefocust op de passing en te weinig op individuele acties. Dé reden, samen met de verouderde en kwalitatief matige verdediging, dat Barcelona geen kampioen wordt dit seizoen. Messi en Iniesta zijn de enige spelers die een man voorbij komen. Ik hoopte dat Neymar gehaald werd om dit element weer toe te voegen aan de ploeg, maar ook hij moet zich conformeren aan het spel van Barcelona. Ik geniet nog steeds van het middenveld, de passing en het positiespel (vooral zonder bal), maar er zit te weinig verrassing in om de tegenstander elke week kapot te kunnen spelen. Voeg daarbij de enorme kwetsbaarheid achterin en bij standaard situaties en de derde plaats is verklaard.

Pep heeft Bayern München nóg beter gemaakt dan vorig seizoen. Dat is knap. Ik ga het cliché ‘hongerig’ niet gebruiken, maar onder Pep speelt Bayern geweldig ‘Barcelona voetbal’, mét spelers die een mannetje uit kunnen spelen. Op dit moment is Bayern voor mij de best voetballende ploeg in Europa en ik zie ze dan ook als de favoriet voor het winnen van de Champions League. Gelukkig wint niet altijd de beste; ik zie Barça dan ook graag de Cup met de Grote Oren binnenhalen. Komende zomer maar eens investeren in 2 verdedigers en wat creativiteit aan de bal, want ook Xavi en Iniesta hebben niet het eeuwige leven. De natuurlijke opvolger van deze twee speelde een jaar of 15 bij Barcelona, maar Thiago is afgelopen zomer verkocht. Dat heeft Pep slim gedaan.

donderdag 30 januari 2014

Juninho Pernambucano

De man met de beste vrije trap ooit heeft vandaag, 30 januari 2014, op zijn 39e verjaardag, bekend gemaakt dat hij stopt met voetballen. Zijn carrière, die begon bij Sport Recife en Vasco da Gama in Brazilië, is er één om in te lijsten. Bij Olympique Lyon werd hij beroemd (én 7 keer kampioen) om zijn fantastische vrije trappen. Naderhand haalde hij nog wat geld op bij Al-Gharrafa, keerde hij terug bij Vasco, speelde hij nog even met Thierry Henry bij New York Red Bulls en sloot hij dus vandaag af in dienst van zijn grote liefde Vasco da Gama.
 
De manier van schieten die Cristiano Ronaldo en Gareth Bale nu gebruiken bij Real Madrid, en waarbij zij 1 op de 10 ballen tussen de palen krijgen, hebben zij afgekeken van Juninho. De zwabberbal was het handelsmerk van deze man. Van de 100 doelpunten die hij maakte in dienst van Lyon, waren er maar liefst 44 een directe vrije trap. Er is geen specialist die zich kan meten met de cijfers die Junins kan overleggen. Mijn persoonlijke fascinatie voor deze man komt voort uit de tijd dat Lyon zich steeds vaker meldde in de Champions League. Niet alleen zijn vrije trappen konden mij bekoren, ook zijn speelstijl. Spelverdelers die zo weinig mogelijk lopen, a la Riquelme, daar kan ik enorm van genieten. De uitspraak 'een speler waarvoor je naar het stadion komt', die vaak door supporters gebezigd wordt, maar waar zij helemaal niet achter staan, is op dit soort spelers wat mij betreft wel van toepassing. Waar zogenaamde fans de spelers van hun team vooral zo hard mogelijk willen zien rennen, geniet ik vooral van creativiteit en slimmigheid in spelers. Minder lopen en toch goed zijn is namelijk veel moeilijker en knapper dan veel rennen en daardoor goed zijn.
 
Vanavond op de training van mijn club zal ik een stille ode brengen aan Juninho. Ik zal weinig rennen, veel passen, en tijdens het afwerken zal ik na elk doelpunt zijn naam schreeuwen.
 
Wacht even, wat is er dan anders dan normaal?

zaterdag 21 december 2013

Gele schoentjes

Nu de winterstop is aangebroken, leek het mij wel een gepast cliché om eens terug te kijken op de eerste seizoenshelft. Vooraf werden ons, of ONS, weinig kansen toegedicht. Zeker bij het zien van het programma van de eerste 5 wedstrijden, zou het niet vreemd zijn als we na die 5 wedstrijden nog geen punt behaald zouden hebben. Na de eerste wedstrijd in en tegen Scheveningen, dacht ik hetzelfde. Nu, na 16 wedstrijden, kunnen we concluderen dat alleen GVVV ons volledig heeft weggespeeld in Veenendaal. En die ploeg staat op dit moment gelijk in punten met ons. Van de eerste 4 op de ranglijst hebben wij gewonnen, maar tegen de ploegen onder ons hebben we te weinig punten gehaald.
 
Waar ligt dat aan? Hoe graag we het ook willen, wij kunnen het spel niet maken. Tegen 'betere' teams wordt dat niet van ons verwacht en daardoor kunnen we stiekem punten pakken. Tegen de 'mindere' teams, waarbij wij betere spelers hebben en een beter team zijn, zijn we toch niet goed genoeg om het spel te maken. Dat is kwaliteit, of beter gezegd een gebrek eraan. Dat is helemaal niet erg of raar, gezien de beperkte middelen van de club en het beperkte aanbod van spelers in Friesland. De trainers streven ernaar om voetbal in het elftal te brengen. Veel positiespel op de training, veel stilleggen om uit te leggen en te vragen naar keuzes. Want nadenken over het spel en weten waarom je bepaalde dingen doet, of juist niet doet, is een groot onderdeel van een goede speler zijn of worden. Mooi om te zien hoeveel stappen sommige jongens daarin al gemaakt hebben. Toch zijn er nog een heleboel verbeterstappen te maken, waarvan sommige erg simpel zijn. Het allerbelangrijkste als je wil voetballen, is dat je spelers hebt die de bal willen hebben. En dan bedoel ik niet alleen op de training of als je met 5-0 voorstaat, maar te allen tijde. Dan kun je uiteindelijk ook het spel maken en winnen van mindere teams.
 
Bij Cambuur zien we dit seizoen hetzelfde. Nu heb ik maar 1 wedstrijd in het stadion bekeken, omdat oud spelers tegenwoordig maar liefst 1 kaart krijgen en niemand daar in zijn eentje gaat zitten, en 2 potjes op tv gezien, maar ook zij proberen te voetballen. Een belangrijk onderdeel daarvan zijn de keeper en de twee centrale verdedigers. Rust aan de bal, lang wachten met afspelen en het lef om in te dribbelen wanneer het kan. En niet onbelangrijk, middenvelders die de bal willen hebben en kunnen verplaatsen. In de bekerwedstrijd thuis tegen NAC, die ik bekeken heb, lukte dit erg goed. Wat overigens het mooiste van de avond was, was de oudere 'supporter' naast mij. In de eerste helft speelde Christovao, die zijn eerste wedstrijd speelde, geweldig en deed hij alles goed volgens deze man. Toen de hardwerkende spits na 60 minuten volledig stuk zat, maar verplicht door moest spelen, rolde de ene na de andere (meestal racistische) verwensing aan zijn adres uit mijnheers keeltje. Ik moet me bij dit soort 'supporters' altijd inhouden om geen reactie te geven, want hoewel ik weet dat ze er to-taal niets van begrijpen, blijft het toch vervelend om al dat oppervlakkige onzinnige geschreeuw van dit soort mensen aan te horen.
 
Zo werkt het in voetballand; de ene week maak je een mooi doelpunt en vindt iedereen je een mooie, sierlijke speler. De andere week krijg je een rode kaart en moet je met je 'kut gele schoentjes 6 weken lang in het tweede gezet worden'. Dat is het lot van technische spelers die het minder moeten hebben van hard werken en veel slidings. Als alles goed gaat, ziet het er mooi uit en juichen ze voor je. Als je verliest, ligt het aan jou, want je hebt niet hard genoeg gewerkt en je bent een arrogante, nonchalante lul. Wat is voetbal toch mooi!